Toen: Glitterkerstbomen

In mijn hometown zijn meerdere grote tuincentra. Ik herinner mij alledrie, maar één herinner ik mij het beste; het tuincentrum met de glitterkerstbomen.

Zo af en toe gingen mijn moeder, mijn zus, mijn zusje en ik naar het tuincentrum. Mijn moeder is een echte tuingek en vindt het heerlijk om een mooie tuin te hebben. De eeuwige strijd tegen de slakken en het onkruid is er een die ik mij van jongs af aan herinner. Met allerlei huis- tuin- en keukenmiddelen probeert ze deze ongewenste bezoekers weg te krijgen. Ik weet nog dat ze een periode, elke ochtend alle slakken gewoon oppakte, in een emmer deed en weer ergens anders op het erf uitzette. Of het erg effectief was weet ik niet. Mijn moeder is zo een type die opmerkt dat er tussen de straattegels van de straten in Madrid weinig onkruid groeit.

Hoe dan ook, mijn moeders hobby geeft haar soms frustratie maar ook veel plezier. Ze geniet van haar mooie, gekleurde tuin met de mooiste planten en bloemen. Wij genoten er vroeger ook al van. Vooral vanwege de uitstapjes naar de grote tuincentra, denk ik.

Ik vond tuincentra opmerkelijke winkels. Het was er niet warm, de vloer was gewoon vies en het leek alsof je buiten was, maar het was wel overdekt. Zoiets zie je niet in een gewoon winkelcentrum. In het tuincentrum zagen wij de mooiste planten en bloemen, leuke speeltjes voor de talloze huisdieren die wij hadden en lieve kleine hamstertjes. Soms zagen wij ook enge mannen die babymuisjes kochten om aan hun slangen te voeden. Dat was niet te vergeven, natuurlijk.

Bij de kassa kwam het leukste stukje. Er was een lange aanloop naar de kassa, een soort van walk to heaven, want ik wist dat er daar altijs iets nieuws te vinden was. Vaak waren  de kale poppetjes die je water kon geven te koop. Na een paar dagen groeide er dan haar uit hoofd. Daar beleefden wij altijd vee plezier aan. Bij een ander tuincentrum herinner ik mij de vlinders van veren. Er waren er vele, de een nog mooier dan de ander, in alle kleuren van de regenboog. Maar het allermooist vond ik altijd de kleine kerstboompjes, vol glitters. Het waren ienieminieboompjes, echte, vol glitters in alle kleuren van de regenboog. Ik denk dat er een soort van glitterlijmspray overheen was gespoten. Als je er alleen al naar keek vielen er al duizenden glitters uit. Toch kregen wij er altijd eentje. Terugdenkend achteraf vind ik dit niets voor mijn moeder, want al die glitters door heel het huis, dat zorgt alleen maar voor extra rommel. Maar toch gaf ze toe, en kregen wij elk jaar weer zo een mooi boompje. Prachtig.

 

 

 

6 Reacties op “Toen: Glitterkerstbomen”

  1. Ja dat is je moeder ten voeten uit.
    Altijd aan het stoeien met onkruid maar ze heft een prachtige tuin.
    Vlgs mij is het virus dus wel overgeslagen naar haar dochters.
    Als zal je bij jou thuis geen slacken aantreffen denk ik
    groet jauk

    Like

  2. Wat een lieve moeder, dat ze de glittersporen voor lief neemt, in ruil voor drie blije meisjes. Het klopt wel met de zachtaardige (en waarschijnlijk ineffectieve) slakverwijderingsactie. Leuk verhaal, Sherita!

    Geliked door 1 persoon

Laat een comment achter, vind ik leuk!

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.